Aan het eind van de roerige jaren vijftig komt de eerste zwarte Zuid-Afrikaanse top-voetballer Steve Mokone naar Almelo om te spelen bij Heracles. Hij is een groot succes en raakt bevriend met de onstuimige en pas vijftienjarige Felix Verbeek. Mokone leert Felix dat hij zijn hart moet volgen, dat hij zich beslist niet moet neerleggen bij de sombere toekomst die zijn vader voor hem in gedachten heeft. In een bewogen jaar krijgt Felix vreselijke ruzie met de baas van zijn vader, krijgt hij zijn eerste vriendinnetje en is hij de steun en toeverlaat van de eerste Afrikaanse vedette in Nederland: Steve-"De Zwarte Meteoor"-Mokone.